Panda Patat

Ik lust geen bamboe,’ zei de kleine panda en trok er zo’n vies gezicht bij, dat zijn moeder bijna in de lach schoot.
‘Maar lieverd, hoe moet je dan net zo’n stoere panda worden als je vader?’
Het kleintje haalde zijn schouders op en keek naar zijn vader die in een andere boom zat. Hij was groot en sterk, dat wel. En hij zat te smikkelen aan een enorme stengel bamboe. Zo te zien, vond hij het wel lekker.
‘Hier, probeer nog eens een hapje,’ vroeg zijn moeder opnieuw. Ze pakte een verse bamboestengel waaraan nog lekker veel knisperende blaadjes zaten. Het zag er heerlijk uit. Ze wilde er zelf wel een stuk afbijten. ‘Kijk, deze ziet er super lekker uit.’
De kleine panda keek boos naar de stengel met blaadjes die vlak voor zijn neus werd gehouden. Om het toch te proberen, stak hij zijn tong uit en likte aan zo’n groen blaadje. ‘Bleeh,’ schreeuwde hij meteen en moest bijna overgeven. ‘Ik lust het echt niet, mam.’ Hij keerde zijn kop om en keek eigenwijs naar achteren. Hij rilde nog even bij de gedachte aan dat vieze likje.
‘Maar wat lust je dan wel? Alle panda’s eten nou eenmaal bamboe. We zijn reuzenpanda’s en moeten heel veel eten om groot en sterk te worden.
‘Ik wil patat,’ zei het kleintje plotseling. ‘Ja, dat wil ik. Patat met mayo.’
Zijn moeder keek hem aan of hij gek was geworden. Vroeg haar zoon om patat? Dat kon toch niet. Ze moest het verkeerd hebben verstaan. Er was hier in de dierentuin geen enkel dier dat patat at. ‘Wat zeg je daar?’
‘Ik wil patat,’ herhaalde hij met harde stem. Hij wist het zeker. Hij had nog nooit patat gegeten, maar wel gehoord dat alle mensen gek waren op patat. Hier in de dierentuin had hij wel eens kinderen met een zak patat zien lopen en die waren dan lekker aan het smikkelen. Dat kon hij wel zien.
‘Lieverd, doe niet zo gek. Hier probeer het nog een keer.’
‘Ik wil patat,’ gilde hij nu zo hard, dat zelfs zijn vader in de andere boom het hoorde en naar beneden klom om te kijken wat er aan de hand was.
‘Wat zeg jij daar, jongen?’ bromde zijn vader met een zware stem.
‘Ik wil patat,’ hield hij vol, maar durfde zijn vader niet aan te kijken.
Vader en moeder keken elkaar verbaasd aan. Wat moesten ze met zo’n eigenwijs kind? Hoe kwam hij op die rare ideeën?
‘Heb je wel eens patat gegeten,’ vroeg zijn vader.
‘Nee,’ bekende hij, ‘maar ik weet zeker dat het heel lekker is en je wordt er vast ook groot en sterk van.’
Vader en moeder keken hulpeloos om zich heen. Wat moesten ze doen. Het was hun enige kindje en ze wilden natuurlijk dat hij gelukkig was. De bruine beren die naast hen woonden, keken niet eens hun kant op. Zij waren druk bezig met kunstjes voor het publiek, dat enthousiast klapte en pinda's naar hem toegooide. De buren aan de andere kant waren de olifanten. Die stonden alleen maar dom voor zich uit te kijken en hadden niets in de gaten van een eigenwijs pandakind. Er was niemand die hen kon helpen. 
‘Misschien moeten we hem toch maar een keertje een patatje met mayo geven,’ fluisterde vader tegen zijn vrouw. ‘Dat weet hij meteen dat patat helemaal niet zo lekker is voor panda’s en verlangt hij vast naar een hap bamboe.’
‘En als hij patat nou wel lekker vindt?’
‘Dat kan niet,’ reageerde hij. ‘Hij spuugt het vast meteen uit. Panda’s eten nou eenmaal bamboe. Dat is altijd zo geweest en zal altijd zo blijven.’

De kleine panda keek omhoog toen zijn vader voor hem ging staan. Hij viel bijna achterover, zo groot was zijn vader. ‘Papa,’ zei hij met een bang stemmetje. Zou zijn vader boos worden? Dat wilde hij natuurlijk niet.

‘Jongen, jij krijgt patat met mayo,’ brulde zijn vader en knipoogde ondertussen naar zijn vrouw. Hun plannetje zou vast lukken. Als hun kind eenmaal merkte dat patat niets was voor panda’s, dan verlangde hij vast naar heel veel knisperende bamboe, want een reuzenpanda heeft nou eenmaal altijd honger.

‘Echt? Krijg ik echt patat?’ Hij kon het bijna niet geloven.

Zijn vader en moeder knikten allebei en lachten naar hem.

‘Met mayo?’

‘Ja jongen, met een lekkere dikke klodder mayo,’ antwoordde zijn vader en liep weg om een patatje te regelen bij de baas van de dierentuin. Ze woonden met de hele familie al vele jaren in de dierentuin. Ze waren daar allemaal gelukkig en er was altijd genoeg bamboe voor iedereen. Zijn zoon was de eerste die wat anders wilde. Nou, hij zou hem leren. Een hapje van de vieze, vette patat en hij zou naar de knisperende bamboe verlangen. Dat wist hij zeker.

De directeur keek zijn reuzenpanda verrast aan. Wilde hij nou een zak patat met mayo voor zijn zoontje? Dat kon toch niet? Panda's eten bamboe. Maar de reuzenpanda hield vol dat hij het wilde proberen, anders zou zijn zoon ongelukkig worden. Dan zouden alle bezoekers een verdrietige panda zien en nooit meer naar deze dierentuin willen. Dat vond de directeur een nare gedachte en hij zei dat hij het zou regelen.

Even later fietste een dierenverzorger naar de snackbar in de buurt om een patatje met een lekkere dikke klodder mayo te halen.

De kleine panda zat in een hoek te kniezen. Hij was boos en had honger. Stomme bamboe. Hij wist niet zeker of zijn vader het meende toen hij hem een patatje beloofde. Hij had best wel strenge ouders. Plotseling rook hij iets lekkers. Wat was dat? Hij zag de oppasser naar hem toe komen lopen, met zijn vader en moeder vlak achter hem aan.

‘Kijk eens wat ik voor je heb,’ zei de oppasser en gaf een grote zak patat met mayo aan de kleine panda.

‘Is dat allemaal voor mij? vroeg hij verbaasd. Hij had eigenlijk niet geloofd dat het zou lukken. Maar nu stonden zijn vader en moeder lachend achter de oppasser en knikte hem bemoedigend toe.

Met trillende pootjes pakte hij de zak patat aan. ‘Dank u wel,’ zei hij tegen de oppasser. Met glimmende ogen keek hij naar de zak patat. Zijn maag begon nog harder te knorren. Hij stak zijn poot uit om een patatje te pakken.

Zijn vader en moeder gaven elkaar een boks en keken nieuwsgierig toe. Nu zou hun kleintje erachter komen dat patat niets was voor panda’s en konden ze eindelijk weer met zijn allen bamboe gaan eten.

Voorzichtig doopte hij het patatje in de mayo. Er hing nu een klodder aan het patatje en langzaam bracht hij het patatje naar zijn bek. Hij was wel nieuwsgierig hoe het zou smaken. Het rook in ieder geval lekker. Voorzichtig likte hij met het puntje van zijn tong aan de klodder mayo.

Even was het stil. Iedereen keek in spanning toe. Zou hij het lekker vinden of niet?

Plotseling begon het kleintje te lachen. Hap. Weg was het patatje. Hij kauwde en kauwde. Hij smikkelde en smikkelde. Zijn tong likte vele malen langs zijn lippen. ‘Heerlijk,’ gilde hij het uit. ‘Superheerlijk.’ Meteen pakte hij nog een patatje, beetje mayo eraan en hup, ook dat patatje verdween in zijn bek. ‘Heerlijk,’ schreeuwde hij weer.

Hij zag niet hoe zijn vader en moeder elkaar verbaasd aankeken. Dit was de bedoeling niet. Het moest het juist vies vinden. Wat moesten ze nu? Ze wisten het niet meer. Hun zoon kon toch niet alleen patat eten. Dat was ongezond en daar werd je nooit groot en sterk van.

Het duurde niet lang af de zak patat was leeg. Met de ogen dicht lag de kleine languit op de grond na te genieten. Het was echt heerlijk geweest, alleen nu kreeg hij wel een beetje pijn in de buik. Zou dat door de patat komen? Hij wist het niet. Hij had nooit buikpijn. Misschien dat de buikpijn wegging als hij bamboe ging eten.

‘Ik heb zin in bamboe,’ riep hij ineens.

Zijn vader en moeder sprongen op. Wat zei hij daar? Iets over bamboe?

‘Ik heb zin in bamboe,’ zei hun zoon nog een keer en keek zijn moeder aan.

Zonder wat te zeggen pakte zijn moeder snel de verse stengel met de knisperende blaadjes en hield hem vlak voor zijn bek.

Hij hoefde niet eerst te ruiken of te likken. Hij zette meteen zijn tanden in de bamboestengel en begon te kauwen op de knisperende blaadjes. ‘Dit is ook lekker,’ zei hij, toen hij merkte dat de pijn in buik minder werd.

 

Zo werd de kleine panda toch nog een grote sterke reuzenpanda. Voortaan at hij elke dag bamboe met knisperende blaadjes, maar een keer in de maand kreeg hij een patatje met mayo. Dat hadden ze met de directeur van de dierentuin afgesproken. Zo waren alle panda’s weer gelukkig en konden ze lekker de hele dag bamboe eten.

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten